Onno Guicherit is sinds 2002 als chirurg aan Haaglanden MC verbonden. “Kankerzorg is één van mijn aandachtsgebieden. In de zorg voor een patiënt met kanker is samenwerking enorm belangrijk. Er is bijna geen vorm van kanker die je als specialist alleen kunt behandelen.”
De patiënt komt niet alleen voor de chirurg, maar moet bijvoorbeeld ook naar de bestralingsarts en de internist. Die patiënt zit er niet op te wachten om daarvoor drie keer naar het ziekenhuis te komen. Afspraken moeten daarom goed op elkaar aansluiten.
“Daarom zijn er altijd meerdere specialisten bij de behandeling van een patiënt betrokken”, vervolgt Onno zijn verhaal. “Ook al hebben we hier een landelijk expertisecentrum voor hersentumoren, zijn we gespecialiseerd in endeldarmkanker en zijn we vooruitstrevend in bepaalde vormen van radiotherapie, tóch komt het voor dat we voor een bepaald onderdeel van de behandeling naar een ander ziekenhuis moet uitwijken. Daarom is onderlinge samenwerking ook van groot belang. Die hebben we gebundeld in het Regionaal Oncologienetwerk West: RO-West. Alleen door goede communicatie kun je patiënten uitleggen waarom ze in sommige gevallen naar een andere specialist of een ander ziekenhuis moeten.”
Kijken door de bril van de patiënt
“Eigenlijk moeten wij als artsen veel meer leren om door de bril van de patiënt te kijken, want ziekenhuizen zijn nog steeds zijn voornamelijk ingericht vanuit het perspectief van de medische specialismen of specialisten. De patiënt komt echter niet alleen voor de chirurg, maar moet bijvoorbeeld ook naar de bestralingsarts en de internist. Die patiënt zit er niet op te wachten om daarvoor drie keer naar het ziekenhuis te komen. Afspraken moeten daarom goed op elkaar aansluiten. Om dat allemaal in goede banen te leiden, zijn we gaan samenwerken met Hotelschool The Hague. Zij zijn als geen ander gewend om processen op elkaar te laten aansluiten én zij weten alles over gastvrijheid. Van hun expertise hebben wij veel kunnen leren.”
Er is bijna geen vorm van kanker die je als specialist alleen kunt behandelen
Prehabilitatie
Er zijn meer aspecten waarop Haaglanden MC door de ogen van de patiënt is gaan kijken. “Natuurlijk is kankerzorg er vooral op gericht dat de behandeling optimaal verloopt en de patiënt een zo lang mogelijke – ziektevrije – levensverwachting heeft”, stelt Onno. “Maar voor de patiënt is het minstens zo belangrijk dat na het ziekteproces de kwaliteit van leven goed blijft. Daarvoor werken we regionaal op verpleegkundig, medisch en paramedisch niveau met de programma’s BiBo en BEBOP. BiBo staat voor ‘Better in Better out’ en is een programma vanuit het verpleegkundig perspectief. BEBOP staat voor Better Be On toP, en volgt de visie van het chirurgisch perspectief. Het zijn eigenlijk twee variaties op hetzelfde thema; onderzoekslijnen die samenkomen en beide vanuit dezelfde filosofie dat je patiënten voorafgaand aan het behandeltraject in een betere conditie probeert te krijgen. Dat wordt ook wel ‘prehabilitatie’ genoemd. Hoe beter de conditie van de patiënt is, hoe beter hij of zij door de behandelingen heen komt en hoe voorspoediger het herstel verloopt. Zo is er bijvoorbeeld al veel wetenschappelijk bewijs dat, hoe tegenstrijdig het ook mag klinken, lichamelijke inspanning helpt tegen chronische vermoeidheid. Daarom proberen we de patiënt te activeren om tijdens chemokuren te blijven sporten, wandelen of zwemmen. Naast beweegzorg voor, tijdens en na de behandeling spelen ook goede voedingscondities en mentale fitheid een belangrijke rol. Juist door op al deze facetten te letten, bevorderen we de kans op kwaliteit van leven na kanker.”
Voor de patiënt is ook belangrijk dat na het ziekteproces de kwaliteit van leven goed blijft
Longitudinaal Integraal Coschap
Een andere innovatie van Haaglanden MC die uniek is in Nederland en door patiënten erg gewaardeerd wordt, is het Longitudinaal Integraal Coschap (LIC) oncologie. “Bij de studie Geneeskunde heb je het theoretisch gedeelte, de bachelors, en het praktische deel, de masters. Die coschappen in de masterfase zijn heel traditioneel ingericht, met als voorbeelden snijdend, beschouwend en gynaecologie en verloskunde. Tijdens die coschappen ben je alleen met een specifiek gedeelte bij één specialisme bezig, terwijl het zorgpad van de patiënt ook langs allerlei verschillende artsen en specialisten gaat. Bij het LIC worden de lijnen van die zorgpaden gevolgd. Gedurende een halfjaar volgt een arts-assistent alles wat met de zorg voor borst- of darmkanker te maken heeft. Een student kiest twee patiënten met borstkanker en twee patiënten met darmkanker die hij gedurende een halfjaar door het hele zorgpad volgt. Ze gaan met ‘hun’ patiënten mee in de spreekkamer bij andere specialisten zoals de cardioloog, longarts, dermatoloog, maar ook buiten het ziekenhuis zijn ze voor hun patiënten een paar extra ogen en oren. Ze gaan mee naar de oncologisch fysiotherapeut, de huidtherapeut en de hospice. Zowel patiënten, ze spreken al gauw over ‘hun’ dokter’, als de studenten waarderen deze manier van werken enorm. Voor de studenten is het niet alleen ontzettend leerzaam, maar ze ervaren op deze manier ook veel beter de impact die een ziekte als kanker op het leven van de patiënt heeft. Dit keuze-coschap past goed in het nieuwe raamplan voor de opleiding Geneeskunde. Het idee achter een LIC is dat de arts in opleiding zich ook richt op vakken buiten het ziekenhuis. Er zijn zoveel meer medische beroepen dan die je in het ziekenhuis vindt. Ook die vakken moeten aandacht krijgen, en dat kun je bereiken door er al in je opleiding mee in aanraking te komen. In Harvard hebben ze dit soort programma’s al langer lopen, daar werken ze al met zo’n twintig zorgpaden. Als voorzitter van de vakgroep Chirurgie stimuleer ik ook plannen om vanuit de Chirurgie een coschap traumazorg op te zetten.”
Onno Guicherit
Dr. O.R. Guicherit begon in 2002 in Haaglanden MC als chirurg met aandachtsgebieden algemene chirurgie, kankerchirurgie, longchirurgie en buikchirurgie. De behandeling van borst-, darm- en huidkanker heeft nu zijn bijzondere aandacht.
Bekijk het magazine online
Dit artikel is gepubliceerd in het magazine ‘Leven & Kanker’. Bekijk het magazine online.